In Between

Twee thema’s zijn leidend geweest voor de blokopzet: de creatie van een intieme gemeenschapsruimte binnen het blok en de integratie van het blok in het grotere masterplan.

Het bouwblok heeft een opzet van drie gebouwdelen rondom een binnengebied. Met deze opzet zijn zichten door het blok mogelijk en kan de open ruimte binnen het blok een verbinding maken met de rest van het plan. De relatie tussen het bouwblok en de context worden verder verstevigt door de differentiatie in gebouwhoogte van de verschillende gebouwdelen, waarmee tevens de bezonning van het binnengebied geoptimaliseerd wordt.

De woningen zijn allen georganiseerd rond de gemeenschappelijke binnentuin die als speeltuin is geprogrammeerd. De uitwisseling tussen bewoners wordt versterkt doordat de benedenwoningen met hun privétuinen grenzen aan het binnengebied en daarmee sociale controle bieden en bijdragen aan de gemeenschapszin. De gemeenschap krijgt daarnaast ook diverse gemeenschappelijke buitenruimtes op niveau binnen het bouwblok. Ze dragen bij de sociale banden binnen gemeenschap en verfijnen de relatie tussen de private, collectieve en publieke ruimtes.

Het spel tussen open en geslotenheid binnen het blok is cruciaal voor het optimaliseren van de relatie tussen de stedelijke opzet van het Masterplan en de directe landelijke context. Visueel en ruimtelijk verbonden creëren de twee extremen (stedelijk en landelijk) een aantrekkelijke woonomgeving die het potentieel heeft om zich in de loop van de tijd verder te ontwikkelen.

Het gevelconcept met ramen die zich uitstrekken van vloer tot plafond is gericht op het versterken van de relatie tussen het interieur van de appartementen, de gemeenschappelijke ruimtes en de landelijke omgeving.